‘Traumatische ervaringen kwellen verpleegkundige’ De Volkskrant, Zaterdag 30 september 1995
Hans van dam
Zorg voor mensen in crisissituaties is even boeiend als riskant. De uitdaging zit in het vinden van een weg uit de crisis, het risico in het maken van verkeerde keuzen of het overvallen worden door onverwachte gebeurtenissen die hulpverleners machteloos of gedesillusioneerd achterlaten. Deze schaduwkanten van de hulpverlening tekenen zich scherp af onder verpleegkundigen en verzorgenden. Hoe ingrijpend onverwachte gebeurtenissen kunnen zijn, blijkt in Traumatische ervaringen van verpleegkundigen – Als je beroep een nachtmerrie wordt, geschreven door Huub Buijssen, psycholoog en verbonden aan de Rümke Stichting in Den Dolder. Het idee voor dit boekje ontstond in juni 1992, tijdens een wereldcongres over traumatische gebeurtenissen. In de ruim vierhonderd voordrachten tijdens dit congres werd uitvoerig stilgestaan bij traumatische ervaringen van onder anderen brandweerlieden, politiemensen, treinmachinisten, reddingswerkers, militairen, maar niet bij die van verpleegkundigen en verzorgenden. Terwijl de confrontatie met menselijk leed en dood onder die beroepsbeoefenaars toch ook niet gering is, stelt Buijssen terecht vast. Het verzamelen van voorbeelden uit de verpleegkundige praktijk viel niet mee. Angst voor repressie van leidinggevenden en schaamte over eigen emoties bleken de belangrijkste obstakels. Uiteindelijk kon Buijssen toch enkele tot de verbeelding sprekende voorbeelden aanbieden: de onverwachte dood van iemand, een aanranding in de kelder van een verpleeghuis, een zeer gewelddadige aanval van een psychotische patiënt, vier confrontaties met suïcide binnen anderhalf jaar, de geboorte van een kind zonder hoofdje. Bij sommige verpleegkundigen zijn de gevolgen van een ervaring zo ingrijpend dat van een psychotrauma moet worden gesproken, met alle gevolgen op korte en langere termijn van dien. Hoe hard de klap aankomt, is steeds een ingewikkeld samenspel van toevallige omstandigheden, de aard van de gebeurtenissen, iemands persoonlijkheid en de opvang. Helder inventariseert Buijssen kwetsbaarheids- en beschermingsfactoren, afzonderlijk en in hun verbindingen. Vervolgens schetst hij uitvoerig de mogelijkheden voor zelfhulp en opvang. De basis van hulp is de erkenning van psychotraumatische ervaringen – een erkenning die zeker nog geen gemeengoed is. De aanpak verschilt volgens Buijssen in essentie niet van die bij frontsoldaten: veel (laten) praten over het gebeurde en snel het contact herstellen met de eigen mensen, de gevechtsgroep; in de zorgverlening betreft dit de collega’s. De aanpak vraagt een breed gedragen erkenning van de problemen, zowel onder directe collega’s als onder leidinggevenden, en een organisatorische infrastructuur die een adequate opvang mogelijk maakt, met vertrouwelijkheid als hoeksteen. Buijssen verstaat de kunst in kort bestek precies aan te geven hoe problemen kunnen ontstaan en welke verplichtingen een zichzelf respecterende zorginstelling heeft om mogelijkheden van preventie en opvang te realiseren